Truus Wijsmuller-Meijer
(1896- 1978)
23030
– leidinggevende in een sanatorium
– organiseert vele transporten van Joodse
kinderen naar onder meer Engeland. Verstuurt voedselpakketten naar protestantse joden in de kampen
Geertruida Wijsmuller-Meijer wordt geboren op 21 april 1896 in Alkmaar. Ze groeit op met een broertje in een liberaal Hervormd gezin. Haar ouders hebben een drogisterij in Alkmaar. Zij leren haar om ‘altijd op te komen voor mensen die dat werkelijk ook verdienen en nodig hebben, ongeacht huidskleur of religie’,vertelt ze later. Haar ouders geven het goede voorbeeld door na de Eerste Wereldoorlog aan Oostenrijkse kinderen tijdelijk onderdak te bieden.
Na haar HBS-tijd gaat Truus als secretaresse werken in Amsterdam en leert ze Joop Wijsmuller kennen met wie ze in 1922 trouwt. Het huwelijk blijft kinderloos. Truus is met afschuw vervuld van de Jodenvervolging in Duitsland in de jaren dertig en trekt zich in het bijzonder het lot aan van Joodse kinderen. Vanaf 1933 is zij betrokken bij het Comité voor Joodse Vluchtelingen (CJV) en reist ze af en toe naar Duitsland om verwanten van in Nederland wonende Joden op te halen.
Begin december 1938 krijgt ze van het CJV (omdat zij een van de weinige niet-Joodse leden van dit comité is) het verzoek naar Wenen te reizen om Adolf Eichmann, toen hoofd van de emigratie-afdeling, toestemming te vragen om zeshonderd Joodse kinderen uit Oostenrijk naar Engeland te laten reizen. Eichmann wil een grap met haar uithalen en geeft haar toestemming om de kinderen mee te nemen als dit haar binnen vijf dagen lukt, denkend dat ze dit niet voor elkaar zal krijgen. Als het lukt mag zij bij volgende transporten haar gang gaan, belooft Eichmann. Op 10 december vertrekt een trein met zeshonderd Joodse kinderen van Wenen naar Nederland. Ze heeft het toch voor elkaar gekregen. Vijfhonderd van deze kinderen reizen door naar Engeland.
Tussen december 1938 en tot het uitbreken van de oorlog in september 1939 organiseert Wijsmuller vele kindertransporten van Joodse kinderen uit Oostenrijk en Duitsland; elke week vertrekken vijfhonderd kinderen, onderverdeeld in groepen van honderdvijftig, uit de haven van Hoek van Holland naar Engeland. Zij is dan in een leidinggevende functie werkzaam in het Prinses Beatrixoord, een sanatorium in Amsterdam.
Wanneer Nederland op 10 mei 1940 wordt aangevallen, is Truus in Parijs. Ze reist meteen terug naar Amsterdam omdat ze vijfenzeventig vluchtelingenkinderen heeft ondergebracht in het Burgerweeshuis. Zij weet deze kinderen nog op tijd aan boord van het SS Bodegraven te brengen, het laatste schip dat op 14 mei 1940 de haven van IJmuiden verlaat.
Vanaf 1941 tot juni 1943 werkt ze voor een reisbureau en begeleidt ze -op verzoek van de SS- groepen Joden, die voor veel geld hun reis naar de vrijheid hebben gekocht, naar de Spaanse grens. Op die reizen neemt ze Joodse kinderen mee.
Daarna wordt zij lid van Groep 2000 en houdt zij zich bezig met het versturen van voedselpakketten naar protestantse joden in Westerbork, Bergen-Belsen en Theresiënstadt. Cor Inja (901) heeft de leiding, maar het is mede aan Truus te danken dat dit werk zo’n grote vlucht neemt. Op een dag in 1944 wordt doorgegeven aan de groep in de Nieuwe kerk dat de voedselpakketten voor vijftig weeskinderen in Westerbork niet langer nodig zijn omdat de kinderen op transport zijn gesteld naar Auschwitz. Geschokt wendt Truus zich tot de Duitse autoriteiten en weet op ingenieuze wijze hen ervan te overtuigen dat de wezen ‘arische’ kinderen zijn. Hierop worden de kinderen naar Bergen-Belsen gestuurd en vervolgens naar Theresiënstadt, waar ze beter dan in de andere kampen gekleed en gevoed worden.Wanneer in mei 1945 de eerste trein met kinderen uit Theresiënstadt in Maastricht arriveert is Truus aanwezig om de kinderen op te vangen. Alle vijftig hebben het overleefd.
Tijdens de hongerwinter heeft Truus Wijsmuller als medewerkster van het Interkerkelijk Overleg een belangrijk aandeel in de verhuizing van kinderen naar het platteland in Groningen en Friesland. De tomeloze inzet van Truus Wijsmuller heeft het leven van meer dan 10.000 Joodse kinderen gered. In oktober 1945 wordt zij lid van de Amsterdamse gemeenteraad, voor de VVD. Ze blijft lid van de Raad tot 1966. Truus Wijsmuller combineert haar raadswerk onder meer met het bestuurslidmaatschap van de Anne Frank Stichting. Zij krijgt vele onderscheidingen, waaronder de benoemingen tot Ridder en Officier in de Orde van Oranje Nassau, de Yad Vashem onderscheiding (in 1966), medailles van het Nederlandse-, Duitse- en Franse Rode Kruis en de Reconnaissance Française. Tevens ontvangt zij op haar vijfenzeventigste verjaardag de zilveren medaille van de stad Amsterdam.
Truus Wijsmuller overlijdt op 30 augustus 1978 in Amsterdam.
FR